Internet Regulering Ja of Nee? (Deel 2)

Geen consensus: geen regulering. Dan maar censuur?

In het vorige artikel, het eerste artikel over “Internet Regulering Ja of Nee?” eindigde ik met de stelling dat, nu alles aan het internet gekoppeld wordt, de vraag om regulering het niveau van individuele zakelijke belangen ontstegen is en het een nationale aangelegenheid geworden. Het probleem is natuurlijk dat we niet te maken hebben met een nationaal internet, maar een international netwerk dat niet onder één vlag vaart. In deze situatie is regulering alleen haalbaar als er een universele consensus is over het onderwerp. Zoals bijvoorbeeld Kinderporno. De hele wereld is hier op tegen, dus regulering is haalbaar. Als het over online casino’s gaat is het een heel ander verhaal. Wetgeving over gokken verschilt van land tot land en zal er geen internationale regulering afgedwongen kunnen worden.

Overizcht Internetcensuur

Wanneer er geen internationale consensus is en er dus geen regulerende maatregelen getroffen worden rest er niets anders dan het toepassen van censuur als je als land toch die informatie buiten de deur wilt houden. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de strengislamitische landen die afbeeldingen van vrouwen uit de zoekresultaten weren, Zuid Korea dat alle nieuws uit Noord Korea filtert of de bekende ‘Great Firewall of China’. In de westerse wereld zijn wij sterk tegen censuur omdat het een inbreuk is op ons recht van vrije meningsuiting. Toch is het maar een dunne scheidslijn. In Nederland vinden wij censuur van Kinderporno geen probleem omdat wij het er over eens zijn dat dit niet hoort. Waarom vinden wij het dan verwerpelijk als een Islamitisch land alle porno censureert omdat men daar vindt dat dit verwerpelijk is?

Compliancy ontoereikend

In allerlei compliancy eisen die tegenwoordig gesteld worden aan overheidsorganisaties en banken zien we daarom ook steeds meer eisen ten aanzien van waar de data opgeslagen wordt. In die compliancy eisen of lokaliteit proberen de overheden de betreffende data ook onder het Nationaal recht te krijgen. Met de antiterrorisme wetgeving (Patriot Act) gaat Amerika natuurlijk nog een stuk verder en proberen ze hun neus in alle data te steken, tot en met de inzage in het EPD (Elektronisch Patiënten Dossier) aan toe. We zien dat deze compliancy eisen in veel gevallen nog te weinig resultaat bieden en zien we diverse landen steeds vaker een voorstel doen om het internet te nationaliseren.

WCIT-12

Van 3 tot 14 december 2012 wordt in Dubai het jaarlijkse congres van de ITU gehouden. De ITU bestaat al zo’n 150 jaar en is opgericht om toe te zien op de internationale Telecom standaarden. Het belangrijkste agendapunt van deze summit is de eerste herziening van de International Telecommunications Regulations (ITRs): regels voor de telecomsector, sinds 1988, maar vooraf was er al enige speculatie of landen dit congres zouden aangrijpen om de controle over het internet te grijpen.

“Een aantal partijen grijpen WCIT12 aan om ook het internet onder het gezag van ITU te krijgen. Of correcter, via ITU de macht naar zichzelf te halen. Rusland heeft te elfder ure een uiterst omstreden voorstel in geschoten die nationale overheden de macht geeft over internetverkeer. Daarnaast willen Europese telecombedrijven een internettolweg aanleggen waar de afzender (de content- of dienstenaanbieder) moet betalen voor gegarandeerde doorgifte van data.” aldus Webwereld.

wcit-2012 - ITU/Flickr

De voorzitter van de ITU, Hamadoun Touré, ontkent ten stelligste dat de ITU een internetcoupe plant: “iedere bewering dat de VN uit is op het in handen nemen van de touwtjes van het internet “compleet onwaar” is. In plaats daarvan wil de VN de fluwelen handschoen aantrekken om daar waar nodig “lichte maatregelen” te treffen”, aldus Computerworld

Het Russische voorstel is te vinden op de website van WCIT Leaks. Hoewel de Verenigde Staten een sterke voorstander van regulering zijn, schoot dit voorstel ze in het verkeerde keelgat en resulteerde dit in een zeer bijzondere unanieme afwijzing door het Huis van Afgevaardigden  van elk voorstel dat de ITU hierover zou doen.

De tegenstand van Amerika tegen deze nationalisatie heeft natuurlijk economische gronden, met internet giganten als Google en Facebook binnen de landsgrenzen. Hoewel ze het formeel iets anders (dwz politiek correct) formuleren

“Omdat dit ‘s werelds voornaamste contentproviders zijn, zou een dergelijke regeling betekenen dat de Verenigde Staten andere landen moeten gaan betalen om de content wereldwijd verspreid te krijgen”, aldus Computerworld

Tot zover is er niets nieuws onder de zon. Alle voorstellen met betrekking tot regulering lijken nog steeds ingegeven om nationale wetgeving af te dwingen op het internet of het beschermen van economische belangen. Hierin verschilt de discussie nog steeds niet van de aloude DRM discussie uit de eerste jaren van deze eeuw. Zolang er geen wereldwijde consensus is, is die regulering een utopie. Ik ga er dan ook niet vanuit dat er zich deze week een werkelijke internet-coup voltrekt. Er zijn echter andere ontwikkelingen die wel om regulering lijken te vragen, maar het vertrekpunt moet wezenlijk anders zijn. Daarover in een volgend artikel.